vetweefsel podotherapie

Op goede voet: Vetweefsel

column: 14-10-2013

We hebben in onze handpalmen en onder onze voetzolen een soort speklaagje. Een laag met kamers die met elkaar, via kleine deurtjes, in verbinding staan. Stel je een spons voor. Een spons met water. De spons houdt het water vast doordat er ruimtes met elkaar zijn verbonden met kleine openingen. Als je in de spons knijpt, loopt deze leeg. Als je het water nu met vet zou vervangen, dan is het voor te stellen dat die spons dan veel trager kan worden leeg geknepen. Die vertraging van vet dat via kleine openingen van de ene naar de andere kamer wordt geduwd wordt als systeempje onder de voeten gebruikt.

Als ik op de voet leun, komt het vet in de sponsachtige structuur - die we bindweefsel noemen - onder mijn voet onder druk. Hierdoor moet dat vet van het ene kamertje naar het andere kamertje. Het is deze vertraging die mijn onderliggende botstructuren beschermen. Alle gewrichtskopjes van de middenvoetsbeentjes bewegen constant bij het lopen en hebben de meeste grondcontact. Best belangrijk voor ons voet functioneren en comfort gevoel dat het daar goed werkt onder de voet.

Als we ouder worden gaat de conditie van dat vet- en bindweefsel achteruit. Onder andere dat de openingen onderling groter worden, dus het vet sneller verplaatst. Op zich definitief naar de voorzijde van de voet verplaatst. Dat is een natuurlijk proces. Het achteruitgaan van die laag kan worden versneld door zwaar werk op de voeten. Of door een langdurig ziekbed, door (te) snel afvallen of omdat de kwaliteit al bij aflevering (lees: geboorte) niet heel erg goed was. Hierdoor beschermt de laag onvoldoende met gevoelige voeten als gevolg.

Doorgezakt

Het resultaat van het achteruitgaan is gevoeligheid daarmee pijnontlastend lopen. Dat is onnatuurlijk en lukt ook niet goed. Mocht je nu last hebben van de onderkant van je voeten, denk dan niet meteen aan 'doorgezakte voorvoeten' - wat dat ook mag betekenen, maar daar schrijf ik nog wel eens over - en van allerlei dingen gaat smeren.

Begin eerst met het simpelste trucje: zachte schoenzolen dragen. Leren zolen zijn vaak al te hard. Rubber is beter, want samendrukbaar. Helemaal mooi zijn gympen/sneakers/hardloopschoenen. Meestal superzacht en lekker ruim. Vraag alleen is of je daarmee naar werk, bingo of visite wilt. Lukt dat nou niet, dan kan je podotherapeut eens zien of er een oplossing is die effectief én galant is.